Lassen in ‘saunaloods’ en nóg drie nadelen van carnavalswagen bouwen met 25 graden. Een mooi stuk van Kim van Hout in het Brabants Dagblad. Het hele stuk kun je hier teruglezen.
Lassen in ‘saunaloods’ en nóg drie nadelen van werken aan een carnavalswagen met 25 graden
27 graden op de teller, lassen in een korte broek, andere verplichtingen en meer zin in zwemmen dan timmeren. Bij CV Schôn Gekwakt uit Moesland (Schaijk) weten ze nú echt waarom carnaval een winterfeest is, zeker als het op het bouwen van een wagen aankomt. Het allergrootste nadeel is dan nog niet eens genoemd.
Het bekende snerpende geluid van een slijptol, gecombineerd met stampende beats uit de speakers. De radio op standje werkplaats. En overal verf, kwasten, lijm, gereedschap. Tot zover niks nieuws in de loods van CV Schôn Gekwakt.
Behalve dat het vólóp lente is, nu de bouwers de laatste hand leggen aan hun paradepaardje, een imposante praalwagen. In oktober gestart, en vandaag dan eindelijk te zien. Want dat deden ze in Moesland, de carnavalsoptocht verplaatsen naar half mei, als een van de weinige dorpen. Ook het carnavalsfeest zelf wordt (nogmaals) gevierd.
Bijna een surrealistisch beeld
Maikel van der Schans komt intussen binnenwandelen. Korte broek aan, zonnebrilletje op, een bruinverbrand voorhoofd. Bijna een surrealistisch beeld als hij een van de grote papier-maché koppen bijwerkt met een likkie verf. ,,Het klopt voor geen meter eigenlijk, het voelt totaal niet als carnaval”, vindt ook ‘voorman’ Rob van der Zwaluw. ,,Dat geldt niet alleen voor ons, maar ook voor horeca-ondernemers. Eigenlijk iedereen die we spreken, denkt er zo over.”
Al komt dat volgens Van der Zwaluw vanzelf weer goed. ,,Na tien seconden in de tent en na het eerste biertje. We zijn sowieso blij dat het alsnog komt.” En ook dat ze nog een wagen konden optuigen dus.
Met de bonustijd kwamen ook meer ambities
22 jaar bestaat de vereniging al, een carnavalsjubileum dus. In 2000 opgericht door een paar klasgenoten en kameraden van groep 8 van de basisschool. Onder het mom van, ‘dan blijven we elkaar tenminste zien’. En dat lukt, met samen werken aan de wagen elk jaar als vaste prik.
Begon de CV in oktober 2021 aan een wagen met drie poppen, met de bonustijd kwamen ook meer ambities. En meer mankracht, want CV Vûr Mekoar wilde graag meebouwen. En zo kon de turbo erop: ,,We keken elkaar eens aan en zeiden dan: ‘Pupke erbij? Ja, pupke erbij!’.” Van drie naar vier poppen, naar vijf. En bij zeven vonden ze het wel welletjes. Vooruit, met nog wel een enorm confettikanon erop dan. Zo’n grote gaat het volgend jaar niet worden, dat weten ze al zeker bij Schôn Gekwakt. ,,Carnaval eindigt laat en begint vroeg.”
Wat maakt carnaval nu écht carnaval
Ook deze laatste week was het nog hard werken aan de wagen. Zodat-ie af zou zijn, al is af niet de goede term, zegt Van der Zwaluw. ,,Er is een verschil tussen af, dat is-ie nooit, of optochtklaar, en dat zijn ze altijd.” Voor hun thema dit jaar ‘Carnaval hoe moes dé ook alwér’, gingen de bouwers op zoek naar wat carnaval nu écht carnaval maakt.
Dan is toch de polonaise, volgens Schôn Gekwakt, het symbool. Maar hét seizoen, zo weten ze nu ook, is toch wel de winter. Want: veel leden hebben in deze tijd heel andere verplichtingen. ,,Van de vijftig man zijn er een stuk of zeven die niet kunnen. Dat zou bij ‘gewoon’ carnaval nooit gebeuren.”
Ook één groot voordeel
Dan: de ruimte. ,,Wij hadden geluk dat we hier zolang mochten blijven als nodig van onze geweldige bouwouders Ko en Ria Mathijssen. Er waren clubs die geen plek hadden deze laatste maanden.” En natuurlijk: de werkzaamheden zelf. ,,Met het lassen verbrand je bijna levend, de lijm is droog, de kwasten hard, en soms was het hier net een sauna.” Dan het allergrootste nadeel volgens de mannen: ,,Het lauwe bier, bij gebrek aan een koelkast.”
Oké, de voorbereiding was dan misschien verre van ideaal, maar er is dan wel weer één groot voordeel aan deze optocht. Geen wind, storm of regen, zoals tijdens die heel gevaarlijke editie in 2016. Maar nu heerlijk zacht en zonnig. ,,Tel daar nog genoeg koud bier bij op en het wordt hopelijk een historische, maar liefst wél eenmalige editie.”
Bron: Brabants Dagblad
Foto’s: Van Assendelft Fotografie